Aandachtspunten belastingheffing in box 3

Het tarief in box 3 stijgt van 32% in 2023 naar 36% in 2024. De vrijstelling blijft in 2024 € 57.000 per persoon. De belasting wordt berekend over het forfaitaire rendement, dat verschilt per vermogenscategorie.

Belastingschulden

Schulden komen in mindering op het vermogen in box 3. Dat geldt echter niet voor belastingschulden. Alleen erfbelastingschulden kunnen als schuld in box 3 worden opgevoerd. U kunt de belastingheffing in box 3 beperken door uw belastingschulden voor de jaarwisseling te betalen. Als u verwacht dat u belasting moet (bij)betalen, is het raadzaam om de Belastingdienst te vragen om een voorlopige aanslag of om een aangifte in te dienen en de aanslag voor de peildatum te betalen. Heeft u het verzoek uiterlijk acht weken voor het einde van het jaar gedaan, maar heeft de Belastingdienst nog niet of te laat gereageerd op het verzoek, dan mag u het nog niet betaalde bedrag wel als schuld in box 3 aanmerken.

Maak gebruik van de vrijstellingen
Er bestaan diverse vrijstellingen in box 3, bijvoorbeeld voor voorwerpen van kunst en wetenschap en voor groene beleggingen. Het kan aantrekkelijk zijn om belast vermogen (tijdelijk) om te zetten in vrijgesteld vermogen. 

Groene beleggingen
Belegt u groen, dan bespaart u niet alleen belasting in box 3, maar profiteert u ook van een extra heffingskorting in box 1 van 0,7% van de waarde van de vrijgestelde beleggingen. Er geldt een vrijstelling van maximaal € 65.072 per persoon (€ 130.144 voor fiscale partners). In 2024 gaat de vrijstelling naar € 71.326 per persoon. Naar verwachting daalt deze vrijstelling in 2025 naar € 30.000 per persoon.

Beleggen met geleend geld

Beleggingen, die met geleend geld zijn gefinancierd, worden belastingtechnisch ongunstig behandeld in box 3. Voor bezittingen anders dan banktegoeden geldt in 2023 een forfaitair rendement van 6,17%. Voor schulden geldt een forfaitair rendement van 2,46%. Bij 100%-financiering van een bezitting bedraagt de waarde per saldo nihil, maar moet u een rendement aangeven van 3,71% over de waarde van de bezitting. Dit geldt uiteraard alleen indien het vermogen in box 3 meer bedraagt dan de geldende vrijstelling.

Let op! Voor schulden geldt een veel lager forfaitair rendement (2,46%) dan voor overige bezittingen in box 3 (6,17%). Het percentage voor schulden is wel hoger dan voor banktegoeden (0,01%). Houd daar rekening mee bij de spreiding van uw vermogen.

Bron: Overig | publicatie | 06-11-2023

Aandachtspunten jaarafsluiting 2023

Controleer voor het afsluiten van het boekjaar onderstaande punten:

  • Loonkostenvoordeel (LKV) oudere werknemers.
  • LKV arbeidsbeperkte werknemers.
  • LKV doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden.
  • Leningen verstrekt aan personeel.

Heeft u werknemers in dienst die ouder zijn dan 56 jaar of werknemers die (deels) arbeidsongeschikt of werkloos zijn? Dan heeft u mogelijk recht op een loonkostenvoordeel.

Bron: Overig | publicatie | 06-11-2023

Aandachtspunten btw 2023

Doe tijdig suppletieaangifte

Ondernemers, die hun btw-aangifte over 2023 willen corrigeren of die een balanspost btw willen aangeven, kunnen berekening van belastingrente voorkomen door dit vóór 1 april 2024 te doen. Voor een suppletieaangifte moet u gebruik maken van een speciaal formulier op de website van de Belastingdienst. Bedragen van minder dan € 1.000 kunnen in de eerstvolgende reguliere aangifte omzetbelasting worden verwerkt.

Afdracht over privégebruik

Bij de aangifte over het laatste tijdvak van 2023 moet u btw afdragen over privégebruik van zaken die tot de onderneming behoren. Voor het privégebruik van de auto kunt u gebruikmaken van een forfaitaire regeling. U draagt bij de aangifte over het laatste tijdvak van het jaar 2,7% van de catalogusprijs van de auto af. In plaats van de forfaitaire regeling kunt u btw afdragen over het werkelijke privégebruik. Dit kan voordeliger zijn.

Voor een auto, die inclusief het jaar van ingebruikname vijf jaar in de onderneming is gebruikt, geldt een forfait van 1,5%. Heeft u bij de aankoop van de auto geen btw in aftrek gebracht, dan mag u voor de berekening van het privégebruik altijd uitgaan van het lagere forfait.

Herziening aftrek voorbelasting

De btw op bedrijfsmiddelen komt in aftrek naar gelang van de mate waarin u de bedrijfsmiddelen voor btw-belaste prestaties gebruikt. Heeft u de btw op bedrijfsmiddelen in het verleden geheel of gedeeltelijk in aftrek gebracht, dan moet de aftrek worden herzien als de mate van gebruik voor belaste prestaties is veranderd. Voor onroerende zaken is de herzieningstermijn negen jaar, volgend op het jaar waarin u de zaak bent gaan gebruiken. Voor roerende zaken, waarop wordt afgeschreven, bedraagt de herzieningstermijn vier jaar volgend op het jaar van ingebruikname. De herziening verwerkt u in de laatste aangifte van het jaar.

Bron: Overig | publicatie | 06-11-2023